Te onthouden
- Een apart lot ‘integratie’ in lastenboeken dient door het studiebureau en zijn klant overwogen te worden, gezien dit tot een efficiëntere uitvoering en snellere oplevering van de technische installaties (en dus het bouwproject) kan leiden.
- De installateur kan meegenieten van de voordelen van monitoringsystemen omdat hij inzicht krijgt in de data van het gebouw en de installaties.
- ‘ESG-compliance’ wint aan belang, gezien meer bedrijven de kaart van duurzaamheid trekken. ‘Smart building’ technologie kan een belangrijke gegevensbron zijn om de ESG op te volgen.
Nieuwe inzichten dankzij nieuwe spelers
Steeds meer bedrijven omarmen het devies ‘meten is weten’. Deze evolutie vertaalt zich in een toenemende digitalisering van gebouwen. Logischerwijze betreden andere spelers de bouwmarkt. Omdat integratoren en leveranciers van dataplatformen de sector met een frisse blik bekijken, ontstaat een totaal nieuwe dynamiek. Waar de klassieke bouwpartijen niet altijd om verandering staan te springen, zien deze nieuwelingen opportuniteiten, niet alleen voor zichzelf, maar voor de hele bouwsector.
Om een gebouw te digitaliseren, is een integrator vereist. Het is immers deze partij die weet hoe de verschillende technieken in een groter geheel kunnen worden verenigd. De grote aannemers die zich op technieken toeleggen, tellen vaak integratoren in hun eigen rangen. Om budgettaire redenen is dat voor kleinere bedrijven veel minder evident. Ook al omdat ze minstens twee specialisten moeten aanwerven om de continuïteit te kunnen waarborgen. Gelukkig is er een alternatief in de vorm van externe integratoren, zoals Domica van Pieter Feys die ook medeoprichter is van het data-analyseplatform Canary.expert. Vanuit deze dubbele rol heeft hij een bijzonder vernieuwende kijk op de bouw-sector (en de toekomst ervan).
Liever vroeg dan laat
Pieter Feys legt meteen de vinger op een zere wonde. “Automatisering wordt nog te weinig echt doordacht aangepakt”, vertelt hij. “Vandaag focussen nogal wat installateurs van technieken zich op het binnenhalen van het contract. Pas daarna gaan ze over de integratie nadenken, met als resultaat dat de integrator meestal in beeld komt op het moment dat de werken al ver gevorderd zijn. Dan zijn er natuurlijk al veel beslissingen genomen die de integratiemogelijkheden nefast kunnen beïnvloeden. Van de daaropvolgende discussies wordt niemand echt vrolijk. Bovendien mag je erop rekenen dat het project veel meer tijd en budget in beslag zal nemen dan oorspronkelijk was ingeschat. Daarom pleiten we voor een proactieve aanpak waarbij de integrator zo vroeg mogelijk – liefst in de offertefase – wordt geconsulteerd. Verder zouden we graag een apart lot ‘integratie’ in de lastenboeken zien verschijnen. Niet alle installateurs en studiebureaus zullen dat op gejuich onthalen, maar het is volgens mij de beste manier om een efficiëntere uitvoering en snellere oplevering te garanderen. Zo kan de integrator zijn taak het best vervullen. Zonder te beslissen over de sturingen van de specifieke systemen – zoals de parametrage van de verwarmingsinstallatie – kan hij overkoepelend streven naar een werkend geheel dat data-uitwisseling en interactie tussen systemen mogelijk maakt.”
Nood aan monitoring
Over het algemeen wordt ervan uitgegaan dat een systeem bij oplevering al correct in dienst is gesteld. “Helaas wijst de praktijk uit dat dit niet altijd het geval is, zelfs wanneer alle comforteisen zijn ingevuld”, aldus Pieter Feys. “Toch doen aannemers en installateurs hun uiterste best om een goed afgestelde installatie op te leveren. Waar wringt dan het schoentje? Op het moment van oplevering heeft niemand echt zicht op de eigenlijke werking van de systemen. Er zijn dan immers nog geen tools voorhanden die toelaten om het werkelijke gebruik van de gebouwen en de realtimeprestaties van de machines in kaart te brengen. Installateurs moeten steekproefsgewijs probleemsituaties inschatten. Objectieve interpretaties op basis van data, afkomstig van de installaties, zijn een veel betere optie. Wanneer installateurs over dergelijke gegevens beschikken, kunnen ze sneller tot de correcte analyse van eventuele probleemsituaties komen. Op die manier moeten ze immers niet langer steekproefsgewijs naar het probleem zoeken, maar kunnen ze op basis van objectieve vaststellingen voor een oplossing zorgen. We zien dat het project hierdoor veel sneller kan worden opgeleverd.”
Win-win voor alle partijen
Vanuit zijn ervaring als integrator zag Pieter Feys een mogelijkheid om de installateur toegang tot dergelijke data te geven. Samen met een kennis uit het bedrijfsleven initieerde hij Canary.expert, een bedrijf dat een data-analyseplatform commercialiseert dat in real time inzicht in de werking van gebouwen en installaties geeft. “In de eerste plaats is dit belangrijk voor de bouwheer, maar hiermee bieden we de installateurs eveneens een tool om aan efficiëntie te winnen”, legt Pieter Feys uit. “De installaties en technologie in gebouwen functioneren beter omdat ze correct zijn ingeregeld. De installateurs kunnen de ‘grafieken’ van het platform gebruiken om te bepalen wat het probleem is, wat op zijn beurt toelaat om sneller – wegens minder interventies – tot een betere oplossing te komen, die bovendien ook nog eens een beter eindresultaat zal genereren. Logischerwijs zijn ook de eindklanten tevreden omdat ze het gebouw sneller kunnen gebruiken. Bovendien krijgen ze meer zekerheid over de performantie van de installaties, en dit van de ingebruikname tot op einde levensduur. Kortom, we spreken over een win-winsituatie voor alle betrokken partijen.”
Vele troeven voor de bouwheer
Opdat de bouwheer in een dergelijk platform zou investeren, moeten de voordelen op lange termijn voor hem duidelijk zijn. Daarom probeert Canary.expert in eerste instantie de studiebureaus van de meerwaarde te overtuigen, waarna zij de oplossing aan hun klanten voorstellen. “Het is een aanpak die eigenlijk vrij goed werkt”, aldus Pieter Feys. “Steeds meer bouwheren kijken immers verder dan de bouwkost en nemen de ‘Total Cost of Ownership’ in overweging. Ze beseffen snel dat ze op lange termijn de vruchten van monitoringtools zullen plukken. Omdat de installaties van meet af aan beter zijn afgesteld, zullen ze beter presteren. Het resultaat is een goed comfort voor de aanwezigen, aan een lagere energiekost. Tevens krijgen ze een duidelijk zicht op de performantie van de technische installaties, en dit gedurende de volledige levensduur. Verder kan het onderhoud gerichter gebeuren. Ook het verkrijgen van nieuwe inzichten op basis van historische data en de mogelijkheid tot simulaties die toekomstige beslissingen vergemakkelijken, zijn belangrijke troeven. Bovendien zien de bouwheren er het belang van in om data in eigen handen te houden, waardoor ze minder afhankelijk zijn van externe partners, zoals facility managers.”
Meerwaarde voor installateur
Ook de installateurs spelen een belangrijke rol in het overtuigingsproces. Bovendien halen ze zelf voordeel uit een dergelijk systeem. “Uit mijn ervaring als integrator weet ik maar al te goed dat het moeilijk is om vakmensen te vinden”, vertelt Pieter Feys. “Als je ze toch vindt, dan wil je hun expertise optimaal kunnen benutten. Er gaat echter veel tijd verloren aan administratie, verplaatsingen naar klanten en het bereiken van de plaats waar het probleem zich stelt. En dan moet de medewerker nog beginnen met het euvel te verhelpen. Is er bovendien nog een wisselstuk nodig dat de leverancier niet voorhanden heeft, dan gaat er nog eens tijd verloren en komen er mogelijks extra kosten bij door de expresbestelling. Al die inefficiëntie eist zijn tol: verloren werkuren, ontevreden vakmensen, dure ingrepen voor klanten en hoge prijzen bij de leveranciers. Toegang tot het data-analyseplatform van de gebouwbeheerder helpt de (onderhouds) installateur om doelgerichter te handelen. Zo is ‘predictive maintenance’ een belangrijke ‘feature’ van ons platform. Het tijdig opsporen van problemen laat toe om onderhoudsmomenten beter te plannen en onderdelen op het juiste moment te bestellen. Het gevolg van die mentaliteitsverandering van reactief naar proactief? Vakmensen kunnen op het juiste moment op de juiste plaats doelgericht ingrijpen aan een faire prijs voor de klant. Opnieuw een win-win voor alle betrokkenen dus.”
Meer dan een optimalisatietool
Het platform werd in eerste instantie ontwikkeld als tool voor de optimalisering van de werking van de technieken in het gebouw (zowel in de fase van oplevering als tijdens de volledige levenscyclus). Vandaag is Canary.expert geëvolueerd naar een realtime monitoringplatform dat foutdetectie, predictief onderhoud en rapporteringsbeheer toelaat. “We wilden niet het zoveelste IoT- platform (Internet of Things) ontwikkelen dat uitsluitend datapunten uitleest”, verduidelijkt Pieter Feys. “Daarom blijven we continu in de verdere ontwikkeling van onze oplossing investeren. Hoewel we vandaag qua functionaliteit al veel verder staan dan pure systeemoptimalisatie, is het eindpunt nog lang niet in zicht. Intussen kent het rapporteringsbeheer zoveel succes dat we het in een aparte pijler van ons aanbod hebben ondergebracht: Canary.facilities. Het is opmerkelijk dat bedrijven wel een goed zicht op het financiële plaatje en de performantie van hun activiteiten hebben, maar er nog niet in slagen om hun infrastructuur en operationele werking vanuit het vogelperspectief te bekijken. Gelukkig komt daar stilaan verandering in en kunnen we met onze oplossing ons steentje bijdragen aan deze positieve ontwikkeling. ”
Zelfs nuttig in duurzaamheidsverhaal
Steeds meer bedrijven trekken de kaart van duurzaamheid en willen zwart op wit aantonen dat ze hun beloftes op dat vlak wel degelijk nakomen. Dit gebeurt veelal met de ‘ESG-compliance’ (Environmental, Social, Governance), een concept uit de bank- en investeringswereld waarmee duurzaamheid wordt gekwantificeerd. “Bedrijven vragen naar tools die hierbij ondersteuning kunnen bieden”, aldus Pieter Feys. “Hoewel ESG erg breed gaat, kunnen we met Canary.expert toch flink wat data leveren om de rapporten te voeden. Dankzij monitoring kan de situatie doorheen de tijd worden opgevolgd. Dat is heel wat efficiënter dan de puntsgewijze meting die momenteel wordt gebruikt. Ons platform opent voor veel bedrijven een heel nieuwe wereld. En geloof me, we staan nog maar aan het begin van wat de mogelijkheden zijn met dataplatformen zoals het onze.”